Na een onderbreking, die iets langer duurde dan verwacht, zijn we weer ‘in de lucht’. Om me heen liggen nu allemaal stukjes papier, waarop ik het een en ander opgeschreven heb om alles toch een beetje bij te kunnen houden.
We hebben een paar leuke dagen gehad. Het was wel een eind rijden, zeker als je bedenkt dat Theo dat hele stuk gelopen heeft, niet te geloven gewoon. En onderweg kregen we herhaaldelijk sms-jes in de trant van: Hoe ver zijn jullie? Komen jullie wel vooruit? Halen jullie het nog vandaag?, steeds gevolgd door de locatie waar Theo zich op dat moment bevond. Maar uiteindelijk reden we hem dan toch achterop op de D977bis. Het eerste dat ik zag, was dat hij een ontzettend bruine kop heeft gekregen en het tweede dat mij opviel, was dat hij mank liep. Dat kwam omdat hij last van zijn heup had en dat kwam weer volgens hem omdat de glucomotion op was. We hebben nog in de pharmacie gezocht naar een nieuwe voorraad, omdat ik maar één doos had, maar ja, dat wordt moeilijk als je op dat moment niet de Franse woorden weet voor ‘heup’ of ‘gewrichten’. Ja, nu ik weer thuis ben, schieten ze me weer te binnen.
En toen was er voor Theo geen ontkomen aan: zaterdag was rustdag. We sliepen in een chambre d’ hôte bij een Engelsman, een schitterend huis van buiten, maar somber van binnen en Mr. Langdon maakte nou ook niet zozeer een gelukkige indruk. En wat de prijs aangaat, hadden we beter een hotelletje kunnen nemen, dus dat weten we weer voor de volgende keer.
Hoewel we de glorieuze aankomst van Theo in Vezelay gemist hebben, zijn we nog wel naar de basiliek gegaan. Er was net een dienst aan de gang en dan staan voorin de kerk aan de ene kant ‘n stuk of acht monniken en aan de andere kant nonnen te zingen, aan één stuk door. Indrukwekkend vond ik dat en ik kan me goed voorstellen dat dat een enorme indruk maakt als je bent komen lopen. Niet dat ik nu bekeerd ben tot lopen, ook niet als ik dat zo zie. Dan heb ik iedere keer de neiging om te zeggen: “Theo, ik breng je wel een eindje” en vandaag gaf de Arbodokter me de raad te gaan fietsen. Nou, ik schrok me rot! Maar het is heerlijk te zien hoe geweldig enthousiast Theo nog steeds is.
Zondagochtend hebben we Theo en Suzanne afgezet bij het Lac de Settons en Ton en ik zijn weer teruggereden naar onze plichten met een kapotte filmcamera in de auto. Daar ben ik maandag meteen mee naar de winkel teruggegaan, waar ze me vertelden dat ze hem op moesten sturen en dat duurt vier tot zes weken. Dus ik heb het hele verhaal verteld en ik ga nu ongegeneerd reclame maken voor BBC in Zaandam, want die hebben alle begrip getoond en gedaan wat ze konden om te helpen. Vooral Peter Ladru, die ervoor gezorgd heeft dat ik vandaag een gloednieuwe leencamera op kon komen halen. Zoveel service vind je niet vaak meer!
Vandaag heb ik ook de nieuwe schoenen voor Theo opgehaald en nu rest mij dus nog een probleem: Hoe krijg ik schoenen en camera nou bij Theo? Iemand van de lezers zin in een tochtje naar Midden-Frankrijk soms???? De schoenen kan ik wel opsturen, maar dat durf ik niet echt met de camera, dus iemand nog een ander ludiek idee?????
Marnix woont inmiddels in zijn nieuwe huis, dus dat is deze week nog even helpen met opruimen en dan is het geklaard. Ik ben eerst maar eens met een auto vol troep naar het grofvuil gereden, omdat de hele gang volstond. Op de terugweg kwam Marnix op het idee dat hij nog een kast nodig had, dus die zijn we gaan kopen en tegelijk ook maar een paar tafeltjes en toen was er gelukkig weer iets in elkaar te zetten, met als gevolg dat de gang nu weer net zo vol staat met lege dozen, enz. Dus morgen nog maar een keer gezellig naar de vuilstort. Ach ja, het thuisfront mocht zich eens gaan vervelen!