Tijd voor Guggenheim

Ja hoor, daar ben ik weer. In een internetcafe met uitsluitend Marokkaanse jongens die voetbalspelletjes doen. Op z’n Hollands gezegd: een klereherrie. Maar ja, even kijken wat er zoal op de site staat is ook belangrijk.
Vandaag zijn we om acht uur vertrokken uit de albergue in Guernica. Jim en ik hebben besloten geen modderpaden meer op te zoeken, dus we hebben de gewone weg naar Meluza genomen. Nou was dat misschien wel een verstandige beslissing, maar, zoals zo dikwijls, geen fijne. We liepen langs de autoweg en moesten steeds wegduiken om erger te voorkomen. Maar het was prachtig weer, dus wij dachten overmoedig en Amerikaans optimistisch dat het vandaag wel zo zou blijven. We hebben later wel een wat rustiger kleine weg genomen, maar het verkeer blijft langs je heen razen. We hielden tot dan wel schone kleren vandaag.
Om twaalf uur hebben we in een tienda wat gegeten en gedronken en zijn we weer doorgegaan. Net toen ik Marnix had ge-sms’t dat het bijna voorjaar was in Baskenland, werd het bijna donker en sloeg de hagel in mijn gezicht. Noodweer binnen een half uur!! Maar een uur later konden we weer op een terras iets drinken. Je houdt het echt niet voor mogelijk hoe snel hier het weer volkomen kan omslaan.

Maar goed, we liepen op de gewone weg, dus geen modder deze keer. Dat was voor de anderen wel anders, want die kwamen het bos uit als bavianen, vreselijk onder de modder. Om drie uur waren we in Lezama en wat bleek? De refugio was nog gesloten: nog geen seizoen. Daar stonden acht verregende pelgrims na een dag lopen in de regen zonder onderdak. Er was wel een casa rural, maar die kostte per persoon tussen € 48 en € 64 per persoon, veel te duur natuurlijk.

We hebben toen besloten dat we met de trein naar Bilbao zouden gaan en dat is ook gebeurd. Voor ik weer commentaar krijg over het openbaar vervoer: het was maar 10 km, hoor!! O ja, er was ook nog een Fransman uit Nantes. Hij was in één keer van Orio naar Lezuma gelopen, dat is 56 km. De hele nacht was hij doorgelopen, omdat het toch volle maan was volgens hem.
Wij waren trouwens collega’s: hij was ook marinier geweest, net als ik. Alleen was hij dat ongeveer veertig jaar en ik maar twintig maanden. Maar toch…. Hij kende Den Helder goed omdat hij daar regelmatig geweest was. Hij noemde ook nog Hollandse namen, maar die kan ik niet herhalen want hij deed dat op z’n Frans.
Verder heb ik afscheid genomen van Jim, want die gaat door natuurlijk en ik wil hier blijven om in ieder geval het Guggenheimmuseum te kunnen bezoeken. Ik zit in een pension in de binnenstad van Bilbao en Caty zou hier meteen een misdaadverhaal van kunnen maken, want het voldoet aan alle eisen. Een hospita met verdachte ogen, ik zit in een klein kamertje op de vijfde etage waar ik alle krakende trappen op moet lopen, enz., enz. Overigens is er wel een afbeelding van het schilderij van Picasso: een kopie als mozaïek op een muur. Ik vond het heel mooi.
Morgen wordt het dus een rustige dag. Ik hoop dat het dan tenminste even droog blijft, want op dit moment giet het weer uit de lucht.

2 gedachten over “Tijd voor Guggenheim”

  1. Het feit al dat jullie met zijn achten geen onderdak hadden en dan in dat krakkemikkige hotelletje aankwamen. Nu heb ik ook verdachte ogen.
    Nee, hoor, alle gekheid op een stokje, we bewonderen je moed en doorzettingsvermogen.

  2. OK, ook wij hebben gisteravond behoorlijk slecht weer gehad met onweer, vuren en heel, heel veel regen.
    Het is nu droog en het zonnetje schijnt. Ze geven hier voor het weekend goed weer op, dus blijven we hopen, ook voor jou daar.
    Is zo’n refugio niet het hele jaar open? Lopen er niet genoeg pelgrims om deze tijd rond? Als jullie daar al op één dag met 8 personen staan?
    Geniet verder en blijf verslagen sturen!
    Ik geniet nog steeds iedere morgen.

Reacties zijn gesloten.