34,24 km – 48.917 stappen / totaal 1751,13 km – 2.521.525 stappen
Iedereen die graag op deze website wil zien dat ik als pelgrim moet lijden, krijgt vandaag zijn zin: het was afzien, ik weet nu wat afzien is!. Het was heel erg warm, ruim 33 graden, de weg was heel erg slecht en ik moest heel erg ver! Mijn T-shirt kon je uitwringen!
Gisteravond heb ik afscheid genomen van Jacques en Josette. Jacques en Josette namen ook afscheid van elkaar, want ieder ging langs een andere route. Bij het afscheid zei Jacques: “Ik kan het nu wel zeggen, want we zien elkaar toch nooit meer: Ik bewonder je instelling en de manier waarop je in het leven staat. Je bent de eerste Protestant die ik ontmoet heb, maar ik moet zeggen dat het aardige mensen zijn.” Mooi gezegd, hè? “Ja, zo gaat dat, je komt elkaar even tegen en daarna gaat ieder weer zijn eigen weg”, dacht ik filosofisch. Dus ik stap dapper de hele dag door, heb zelfs niets anders gegeten dan een casse-croute tussen de middag, begin al aardig in de buurt van mijn volgende stopplaats, Sénergues, te komen en wie zie ik ineens voor me uit lopen? Jawel, Jacques en Josette!! Het bleek dat de routes die Jacques en Josette afzonderlijk liepen, elkaar ergens kruisten en dat zij allebei precies op hetzelfde moment op het kruispunt kwamen. Toen besloten zij maar weer samen in een gîte te gaan. Alleen was die nog dicht en omdat ze geen zin hadden om te wachten, besloten ze maar een stukje door te lopen en kwamen zo terecht op de route die ik liep. Het is toch niet te geloven? Maar leuk was het wel. Zij wilden dat ik ook meeging naar een gîte, maar ik besloot naar de camping te gaan. Achteraf gezien was dat niet zo slim, want de camping bleek 2 km aan de andere kant van het dorp te liggen. Er is geen mogelijkheid iets te eten, dus dat betekent dat ik vanavond nog eens 2 km heen en 2 km terug moet lopen. Dan heb ik mijn portie wel gehad voor vandaag.
Daar staat tegenover dat ik morgen maar een kilometer of tien ga lopen, dan ben ik in Conques en daar wil ik de tijd voor nemen, want dat is weer een hoogtepunt op de route. In de kerk daar liggen de beenderen van Ste Foy. Het gerucht gaat dat die beenderen daar niet van origine liggen, maar op een dag, heel lang geleden, door inwoners van Conques ergens gepikt zijn, omdat daar veel geld mee te verdienen was. Ste Foy zorgde namelijk voor wonderen en wonderen zorgen voor een grote stroom mensen, dus vandaar…. Er is een legende die vertelt dat een man onderweg overvallen werd door rovers, die hem de ogen uitstaken. Hij lag daar dus hulpeloos op de weg in zijn eentje. Maar de vogels vonden zijn ogen, brachten die terug en Ste Foy genas de man. Als dat geen wonder is, weet ik het niet meer. Enfin, morgen ga ik mezelf daarvan op de hoogte stellen en misschien de mis wel bijwonen.
Zeg Theo, nou verneem ik van Suzan dat je haar probeert over te halen weer met je mee te lopen. Wordt het lot van pelgrim zijn je te zwaar? Heb je behoefte gekregen aan een vaste begeleidster? Nee toch? Je dient toch de ontberingen van het ‘pelgrim-zijn’ gedwee te ondergaan?
Afijn (of zoals de fransen zeggen: enfin), ik begin toch wel de (loop)kriebels te krijgen als ik die ervaringen van je lees. Onze wandelvakantie in Nederland was zo’n succes, dat wij dat volgend jaar gaan herhalen maar dan in zuidelijke richting, als eerste Belgie dus.
Beste kerel, nog veel succes en leuke spontane ontmoetingen toegewenst.