Vandaag was het veel rustiger lopen. De weg is beter en ik hoefde niet zo ver. Tot een uur of half twaalf was het mistig, daarna kwam de zon en werd het erg warm. Ik had besloten om tussen de middag lekker te gaan eten en om twaalf uur arriveerde ik in Ainhoa, het mooiste dorp van Frankrijk volgens de bewoners zelf dan en waarschijnlijk ook het duurste. Maar het eten was lekker. Aan de tafel naast mij zat een Hollands stel, dat niet wist dat ik hen verstond. ik vind het wel lollig om dan te horen wat er zoal gezegd wordt. Uiteraard gaat het dan over de prijzen: dat alles in Spanje, waar ze net vandaan kwamen, veel en veel goedkoper was en in Frankrijk zo duur, etc. Inclusief het eten natuurlijk. Maar toen mijn eten kwam, zei de vrouw: “Nou, maar wat die meneer krijgt, ziet er wel veel en veel lekkerder uit dan in Spanje, zeg”. Op het menu stonden mosselen, dus die at bijna iedereen en ik ook. Nou heb ik ze toch weer eens moeten leren hoe je mosselen hoort te eten. ‘t Is toch wat, zitten ze zielig met een vorkje in die schelpen te prikken en alle mosselen stuk te prikken. Dus ik deed het op de Zeeuwse manier van Moe: één mossel met de vork, de volgende mosselen met de lege schelp van de eerste mossel. Dan heb ik lol, want dan zie je mensen eerst schuin kijken en aan hun gezicht zie je dan dat ze dat toch wel erg handig vinden. Ik kijk dan natuurlijk of ik dit zelf heb uitgevonden en niet van mijn moeder geleerd.
Na het eten hoefde ik nog maar 2 km en toen was ik in Dantxarinea. Dat ligt precies op de Spaanse grens. Aan de ene kant van de straat is een hotel en aan de andere kant een huis, dat voor een gedeelte is ingericht als gîte. Daar zit ik nu en ik ben alleen, dus ik heb een hele kamer voor mij alleen, lekker luxe. Een grondige inspectie van mijn voeten na deze dagen leverde een bevredigend resultaat op. Door het geklim en geklauter heb ik nu een open plekje bovenop mijn enkel, maar dat zal wel beteren nu ik niet meer zo erg hoef te klauteren en anders is daar altijd nog de wonderbare algenpleister.
De rest van de middag heb ik lekker voor de deur gezeten, sigaartje erbij, in de schaduw met een beetje wind. Dat is wel uit te houden, niet? En morgen ga ik ook niet ver. Gery vraagt dan steeds hoeveel kilometers ik moet, maar dat is een foute vraag. We rekenen niet in kilometers, maar in tijd. Dus voor het geval iemand benieuwd is naar de afstand van morgen: het zal zo ‘n drie à vier uur lopen zijn. Hoewel? Ik zie op de kaart dat er nog wel een flinke bult zit en daar moet ik overheen en gezien mijn ervaringen van de afgelopen dagen kan dat de gemiddelde snelheid aanzienlijk verlagen. We zullen het morgenavond weten……
Een gedachte over “Rustiger”
Reacties zijn gesloten.
Grappig, in de bergen mosselen zitten eten….
Smaken ze net zo goed als de onovertroffen Zeeuwse?
Waar de zee trouwens al niet goed voor is; ze levert je van alles: van etenswaar tot de grondstoffen voor geneeskundige ‘pleisters’.….