Kijk, Jacobus wist vandaag weer precies hoe het hoort: het was een mooie dag zonder een enkele regendruppel. En een mooie en prettige wandelroute om te lopen: niet te veel op en neer, goede paden. Kortom, precies zoals we dat zouden wensen.
Toen ik om half acht vanmorgen vertrok, was mijn gastvrouw waarschijnlijk nog in diepe rust, ik heb haar niet gezien tenminste. Ik moest een eind door de stad lopen naar het begin van de route, dus onderweg een ontbijtje gescoord. Daar moet je je nou niet te veel van voorstellen, want het is een kop koffie met melk en een cakeje, ik heb daar als echte uitspatting nog een glas jus d’orange bij genomen. Een eindje verder haalde ik een pelgrim in, die de weg niet meer wist. Dat bleek een Boliviaanse te zijn, die al zes jaar in Berlijn woont, dus daar kon ik een heel gesprek mee voeren. Na een poosje raakte ik haar weer kwijt, want ik wilde naar de apotheek.
Ik moest hansaplast en leukoplast hebben en aangezien ik weer uitslag heb van het varkensvlees, wilde ik daar ook iets tegen hebben, want ik krijg er bulten van, die erg jeuken.
Dus op naar de apotheek. Daar trof ik een aardig meisje aan, dat echter behalve Spaans geen buitenlands woord sprak of begreep. Met de hansaplast had ik succes, dat heet hier ook zo. De leukoplast heb ik laten zien en toen brgreep ze ook wat ik wilde. Maar de anti-allergiepillen??? Wat die man voor haar in vredesnaam moest bedoelen??? Ze begreep er geen jota van. Ondertussen werd het in de apotheek steeds een beetje drukker. Ik probeerde haar uit te leggen dat ik niet tegen varkensvlees kon, maar wat is varken in het Spaans? Geen flauw idee en de woorden die ik verzon, waren niet de juiste. Dus het eindigde ermee dat Theo midden in de apotheek stond te knorren als een varken. Niet dat ze het toen begreep. Maar er was een meneer binnengekomen die er uitzag of hij wel slim was, dus ik zei: ” U kunt vast Engels spreken”. En hoera, dat kon hij! Dus ik zei wijs dat mijn probleem nu opgelost was en dat alle problemen vanzelf opgelost worden, waarop hij filosofisch opmerkte: “In Spanje zeggen we dat alle problemen opgelost kunnen worden, behalve de dood”. Hij vertaalde mijn geknor dus in keurig Spaans en zo kreeg ik wat ik hebben wilde. Alleen vond de meneer het zo leuk om Engels te spreken, vooral in de apotheek waar de anderen ademloos stonden te luisteren, dat ik bijna niet meer van hem afkwam. Maar ja, voor wat hoort wat.
Om twaalf uur heb ik een giga hamburger gegeten en de rest van de dag heb ik alleen gelopen. Ik wist dat er twee Duitse meisjes voor mij liepen en dat die naar dezelfde albergue zouden gaan, maar ik heb ze niet gezien en toen ik in de albergue kwam, waren ze daar ook niet.
Wat mij vandaag verbaasde, was dat je herinnering soms rare dingen uithaalt. Ik wandelde weer over de spoorbrug waar je eigenlijk niet over mag, maar om moet lopen. Geen hond die dat doet, want hoewel de gele pijlen een andere richting op staan, staat eronder: over de spoorbrug die kant op. En net als de vorige keer kwam er ook een trein terwijl ik over de spoorbrug liep. Maar ik herinnerde mij van de vorige keer dat de route een heel eind door weilanden ging en ik dus bijna constant door weilanden had gelopen. Welnu, hier klopt dus echt helemaal niks van: ik liep kilometers langs een pijpleiding, waar ik me helemaal niets van herinner, het kwam me zelfs niet bekend voor. Ik dacht slim dat ze die er dus vorig jaar hadden neergelegd, maar toen ik in het gidsje van 2007 keek, stond het daar wel in, dus ik moet het vorige keer ook gezien hebben.
Na volgens de GPS 29,5 km arriveerde ik in de albergue van Polanco, waar helemaal niemand was, geen pelgrim te zien. Dat is zo raar, de ene dag kom je haast niet aan een plekje voor de nacht, zo vol is het en de andere dag is er niemand. Ik moest de sleutel halen in de bar aan de overkant en volgens mij klopt daar iets niet. Ik begon met vragen om een cola, moet toch kunnen in een bar. Ik werd eerst ingeschreven en kreeg de sleutel. Vervolgens kwam er een flesje cola, maar die werd in een papier gepakt, ik kreeg hem in mijn handen met de mededeling dat ik die in de albergue maar op moest drinken. Niet op het terras van de bar, dat mocht niet. Ik kan er ook eten, maar dan moet ik om zeven uur aanwezig zijn en dat is voor Spanje eigenlijk onbestaanbaar. Ook dat gaat een beetje geheimzinnig, dus ik heb het gevoel dat ze iets clandestien doet. Vijftig meter verderop is een restaurant, dus misschien mag ze wel geen eten of drinken geven. Er zit vast wel een of andere dorpsgeschiedenis achter. Helaas, ik zal het nooit weten, maar het is toch genoeglijk fantaseren op het terras van de albergue met een cola voor je neus en een sigaartje in het hoofd.
Gelukkig dat je nu weer goed weer hebt. Maar kun je er nu werkelijk niet achter komen wat daar aan de hand is? En dat vrouwtje van gisteren, dat is toch prachtig, doet ze dit nu om wat bij te verdienen of zo?
Hoe is het met je voeten nu, ik lees niet zo veel klachten. Ik hoop ook dat de regen het laat afweten voor je, maar als ik naar de tv kijk, heb je alleen maar warmte te wachten.
Je weet het nu wel, hè, doe voorzichtig en blijf schrijven graag. Groetjes
Theo, ik bewonder je doorzettingsvermogen en ben onder de indruk hoe je de reis beleeft en beschrijft. Altijd positief, ondanks de soms barre weersomstandigheden en ander ongemak.
Sterkte en Ultreia.