Hier ben ik weer, nu vanuit het internetcafé dat ik nog ken van vorig jaar. Gisteravond hebben we goed gegeten. Omdat we in Santiago zijn bestond het menu uiteraard uit vis. Bij toeval zaten er twee dames achter ons die ook Nederlands spraken en die hoorden ons ook natuurlijk. Dan kom je na het eten aan de praat. Zij bleken in de Pyreneeën te wonen. Zij vroegen toen aan Marianne of die ook ‘die tocht’ gelopen had. Je weet wel, die met die vieze herbergen met vlooien en ongedierte. Marianne verbergt zich dan altijd een beetje en zei natuurlijk alleen maar dat ze die tocht inderdaad gelopen had. Omdat mij dat veel te bescheiden was, heb ik toen ook een duit in het zakje gedaan door te zeggen dat Marianne begin april vertrokken was uit Nederland en inmiddels bijna 3000 km gelopen had.
Kijk, dan krijg je tenminste reacties waar je iets mee kunt. De ene mevrouw riep luidkeels: “Oh, geweldig!! Ik heb nog nooit zo iemand ontmoet. En nu zit ik er zomaar mee te eten!”. Marianne ging ervan blozen en voor één keer zweeg ze minstens dertig seconden. En dat zegt iets voor degenen die haar kennen. Maar alle gekheid op een stokje, het was erg leuk.
Vanmorgen hebben we uitgeslapen en op ons dooie gemak ontbeten. Marianne wilde wachten tot haar de thee en croissants op bed werden aangereikt, maar zover gaan we natuurlijk niet als pelgrims. Daarna hebben we de foto´s van Marianne op een dvd gezet en toen was het alweer tijd voor de pelgrimsmis van twaalf uur. Deze was soberder dan vorig jaar, maar omdat je dan al je collega-pelgrims weer ziet, is het toch erg leuk. Marianne werd ‘incognito’ ook genoemd. “A pie, uno de Holanda”. Dat kan alleen Marianne maar zijn dus.
Na de mis zijn we naar het station gegaan om de trein te bespreken. Morgen gaan we weer lopen naar Fisterra. We stappen op dinsdag 3 juli op de trein en arriveren in Rotterdam/Amsterdam in de loop van de ochtend van 4 juli.
Vanavond hebben we afgesproken met de hele groep die we nu zoveel kilometers kennen.
Tot slot moet ik ook nog iets vermelden dat mij nou weer hevig liet blozen. We hadden in een restaurantje het een en ander gedronken en zo op het terras, dus op een gegeven moment zei ik: “Ik ga plassen en betalen en dan gaan we”. Nou, dat plassen ging wel goed en toen ik weer van het toilet kwam, heb ik de juffrouw achter de bar vriendelijk goedendag gezegd en ben totaal vergeten dat ik nog moest betalen. Dus wij weer op stap en 50 meter verder werd ik door de juffrouw op de schouder getikt. Nou, ik kon wel in een doosje, zo genant was dat. Ze geloofde gelukkig dat ik het echt vergeten was, maar toch….. En dan ook nog een pelgrim……
Gelukkig staat hier iets positiefs tegenover: de mevrouw van het hotel waar we een paar nachten geleden illegaal geslapen hebben en toen € 50 achter hebben gelaten, zei tegen onze Schot, dat ze hiermee het geloof in de pelgrims teruggekregen had.
Het is gewoon waar. een pelgrimstocht is net het leven: je doet iets goed, je doet iets fout, soms is het zwoegen, soms is het feesten. Vandaag was het dus feesten, het is heel leuk, omdat je nu weer iedereen tegenkomt die je onderweg al eens hebt ontmoet en omdat iedereen natuurlijk tevreden en gelukkig is, omdat het einddoel is bereikt.
Morgen gaan we weer op weg naar ons volgende einddoel. Ultreya!