Nou, dit was niet mijn meest glorieuze dag, moet ik zeggen. Alles liep verkeerd. Mijn Engelse gastheer vanmorgen wees mij een route die 3 km korter was en bovendien volgens hem mooier. Had ik dat nou maar nooit gedaan. Om te beginnen was het een rotpad: dwars door het bos en boomstammen over het pad, zodat het overal klimmen en klauteren was. En uiteraard stonden er geen roodwitte paaltjes aan de kant om mij de weg te wijzen met als gevolg dat ik hopeloos verdwaald ben en dus echt precies de verkeerde kant ben uitgelopen. Uiteindelijk kwam ik bij een meelfabriek en daar vroeg ik waar ik nu eigenlijk was en waar ik heen moest. De baas was zeer meelevend, maar wist ook niet hoe ik nu moest lopen om weer op het goede pad te komen. Ik wilde mijn rugzak even neerzetten en ontdekte toen tot mijn grote schrik dat mijn filmcamera verdwenen was. Dus ik zei: “Hoe dan ook, ik moet terug.” “Nou, laat dan die rugzak in ieder geval hier, die pik je dan later weer op”, zei hij. Dat heb ik gedaan en zonder rugzak liep het inderdaad sneller door het bos. Na 2 km kwam ik bij een boomstam waar ik op de heenweg me overheen geworsteld had en… daar lag hij! Geer zei, toen ze dit verhaal hoorde: “Had die rotcamera toch laten liggen, ik had wel een nieuwe gekocht voor je”, maar zo werkt dat niet natuurlijk. Toen weer snel teruggelopen om mijn rugzak op te halen en toen moest ik alles weer verzamelen en daar werd ik allemaal op een gegeven ogenblik doodnerveus van, maar de vrouw van de baas ontfermde zich over mij, hielp me weer met inpakken en zei resoluut: “Mijn man brengt je met de auto naar de route en dat vindt St. Jacob goed!!!” Alzo geschiedde en zo belandde ik uiteindelijk toch op de juiste route.
Ik heb vandaag de groep mensen die voor me liep, ingehaald. Zij komen uit Duinkerken, dus ‘we zijn buren’. Het weer was goed en onderweg zag ik herten, dat was mooi. Maar verder is de route wel erg veel door het groen, de natuur komt zo langzamerhand mijn oren uit, ik wil wel een beetje dorp of stad tegenkomen nu. Maar goed, ondertussen liep ik door die natuur en om vier uur vanmiddag had ik nog geen slaapplaats en ben maar verder gelopen. Ik liep door tot ik in La Baine was en daar zou volgens het boekje een gîte zijn. In het dorp (nou dorp: drie boerderijen of zo) was een bruiloft aan de gang en …. de gîte was opgeheven. Toen zonk de moed me bijna in de schoenen (en die zijn groot), maar zoals meestal, was de redding nabij. Want een mevrouw gaf me de raad naar de buren van de gîte te gaan, want daar was hij van geweest en ze wist dat de man pas kamers had opgeknapt. En dat blijkt allemaal te kloppen, want ik zit nu dus in de ‘opgeheven’ gîte, helemaal in mijn eentje en krijg vanavond ook te eten bij de baas thuis, dus ik hoef de deur niet meer uit! Het toeval wil dat de vrouw des huizes eenenveertig jaar in Genêve heeft gewerkt bij Cargill, Gery ’s vroegere baas. Zo zie je maar, de wereld is klein, al leek die vandaag wel erg groot, want op de teller staat 38 km. Daarvan heb ik ca 6 km in de auto gezeten, maar dan blijft er nog een respectabel aantal over. Ik hoop dus dat het morgen een onsje minder kan. Gery vermoedde dat ik vandaag wel een aantal keer gedacht zou hebben: “Ik schei er mee uit, de groeten, ik ga naar huis” en meer zinnen van dergelijke strekking. Ik moet zeggen, en dat is geen stoerdoenerij of zo, dat zulke gedachten totaal niet in mijn hoofd zijn opgekomen. Zo’n dag als vandaag is natuurlijk niet de allerleukste, maar stoppen?? Geen denken aan!
Een gedachte over “De natuur loopt mijn oren uit”
Reacties zijn gesloten.
Theo, zo zie je maar, er lopen nog een heleboel fijne mensen op deze aardbol rond. En je weet het, als je maar in oktober thuis bent, is het vroeg genoeg. Al weet ik niet of Gery het daar mee eens is.
Het allerbeste en tot schrijfs maar weer. (En voorzichtig, hè).