Gisteravond heb ik een pizza gegeten in een cafetaria en vervolgens heb ik in een prima bed zo heerlijk geslapen, dat ik me vanmorgen zelfs een beetje verslapen heb. Ik werd pas om tien voor zeven wakker. Na een ontbijt in een café was ik dan toch om acht uur weer op weg.
Ik stak vandaag de grens over van Andalusië naar Extramaduro. Daar moet je nou niet zo licht over denken en je schouders ophalen: “Nou ja, van de ene provincie naar de andere, wat stelt dat nu voor”, want zo eenvoudig is het nu ook weer niet. De grens wordt gevormd door een rivier en daar staat nog de ruïne van een groot kasteel, dat daar gebouwd is om de grens te bewaken. En er staan natuurlijk ook borden zodat je goed weet waar je bent.
Na deze ‘grens’ heb ik over een oude Romeinse weg gelopen, zo’n 10 km lang. Ik ben en blijf lyrisch over die oude Romeinen, ze hebben gewoon een fantastische weg aangelegd; het loopt ook nu nog heel makkelijk en vlot. Het enige minpunt was, dat uit de donkere wolken die ik al een tijdje had zien hangen, nu water begon te vallen. Nou, water?? Zeg maar gerust hoosbuien. Mijn fraaie jack blijft van binnen gelukkig wel droog, maar de poncho, die ik daar overheen heb en over mijn rugzak, is zo lek als een mandje, dus alles wordt toch heel erg nat. Het water loopt dan langs je broekspijpen en je schoenen en dat is echt geen lekker gevoel. Tot overmaat werd de weg na die fraaie Romeinse weg ook wat minder, ik moest de autoweg oversteken en liep vervolgens over een strook, waarbij ik de autoweg aan mijn ene kant had en aan de andere kant de provinciale weg.
Vlak voor mijn volgende overnachtingsplaats Monesterio had ik volgens mijn gidsje een prachtig uitzicht op het kasteel van Monesterio, maar helaas, ik heb er niets van gezien, want het was mistig en het regende pijpestelen.
In Monesterio vond ik een hotelletje. Ik heb een piepklein kamertje en een heel kleine douche, waar het douchegordijn aan je lichaam blijft plakken en de tegeltjes zo hier en daar wat loslaten, maar dat mag me de pret niet drukken. Vooral niet, toen ik bij binnenkomst Guido, de Zwitser, zag zitten. We hebben dus samen gegeten. Morgen gaat hij weer met de bus. Hij doet het om en om, de ene dag met de bus, de andere dag lopen, want, zo zegt hij: “Dan merken ze straks in Santiago niet, dat ik met de bus ben gegaan, want ik heb toch elke dag van elke plaats een stempel”. Geweldig toch? Opgewekt zegt hij dan ook nog: “Ik ben Evangelisch, dus dan mag het wel!”
De rest van de dag is het verschrikkelijk weer geweest. Het regent gigantisch, het water golft echt door de straten. En het is gewoon koud! Ik ben er al op uit geweest om een trui te kopen, maar ze hebben er alleen maar met korte mouwen, dus daar heb ik niets aan. En alle geplande festiviteiten van de semana santa zijn afgelast vanwege het slechte weer, dus Spanje is droevig gestemd.
Kijk, ik hoopte dat het dit jaar niet zo warm zo zijn als vorig jaar, maar dit hoeft nou ook weer niet. Gery meende dan ook nog te moeten melden dat het bij jullie heerlijk weer is, droog en zonnig en temperaturen boven 20 graden. Dat had ze nou niet moeten zeggen!
Maar ondanks het slechte weer heb ik het weer gigantisch naar mijn zin. Vanavond hebben we met zijn vieren gegeten: Guido, een Duitser uit Frankfurt, een Fransman en ik. We hebben heel veel gelachen en een ontzettend gezellige avond gehad.
Het weerbericht voor de komende dagen voorspelt ook niet veel goeds en de tocht van morgen zou via allerlei beken gaan. Dat vind ik toch een beetje te gek worden. Dan loop je alleen maar te soppen en door de modder te sjouwen en daar voel ik niet veel voor. Dus na overleg heb ik besloten om me morgen bij Guido te voegen en de bus te nemen naar Zafra. Dat is een grotere plaats en daar wil ik dan een of twee dagen blijven. Als het weer dan opknapt, neem ik de bus weer terug en ga alsnog vanaf Monesterio lopen. Anders kijk ik wel wat ik doe. Met dit beestenweer is het lopen haast geen doen en tenslotte doe ik dit voor de lol!!
Dat klinkt niet lekker, maar na het bekijken van de weersvoorspellingen in Spanje word je nog verdrietiger.
Nu voorspellen ze daar wel erg lang van te voren, dus maar hopen dat ze het mis hebben en dat het zonnetje er weer door gaat komen. Met de bus zal ook wel leuk zijn, langs allemaal plaatsjes en een schrale troost: je zult vast wel goed kunnen lunchen en dineren als het een wat grotere plaats is. Dat zal de pelgrim wel weer deugd doen.
Veel plezier en wij duimen voor droog weer.
Heb ik nou altijd gedacht dat Joden en Katholieken dat soort slimmigheidjes bedachten, maar nee, ook Evangelische Zwitsers kunnen er wat van. Nee, dan onze calvinistische Theo, die is tenminste eerlijk, hij denkt dat hij morgen de bus terug neemt en dan alsnog gaat lopen. Hulde, Chapeau! En dat ondanks of dankzij alle z(r)egen van boven!
Goed zo, Theo. Hoewel het zout niet in de wonde hoeft gewreven: het is hier prachtig weer!
Had je vorig jaar maar niet moeten klagen dat het te warm was! Dat moet je nooit doen want je ziet het, vroeg of laat verandert het weer. Je weet het: niets zo veranderlijk als het weer.