Zo, aangezien mijn Franse medepelgrims al om zes uur opstonden om weg te gaan, ben ik er ook maar uit gegaan, heb me heel op mijn gemak gewassen, geschoren en mijn tas ingepakt. Toen ben ik op mijn gemak gaan ontbijten en vervolgens rustig aan op stap gegaan. Koud dat het was!! Het was maar 4 graden!! Nou kon ik natuurlijk mijn lekker warme trui aandoen, maar die zat in mijn rugzak en ik had geen zin om die er weer uit te plukken, dus gewoon maar doorlopen is dan het beste. Van schrik was ik om half twaalf al op de volgende plaats van bestemming Minaya. Er was wel een hotel, maar vlakbij de autoroute. Het dorp was nou ook niet zo bijzonder om er een middag rond te dwalen, dus ik nam een boccadillo, een Spaanse sandwich, en een kloek besluit en dacht: “Ik loop gewoon verder naar de volgende plaats”.
Het is verbazingwekkend hoe ik alweer gewend ben na anderhalve week lopen, want het ging prima. In Los Pinos veranderde het landschap weer en nu is het weer meer afwisselend met pijnbomen en zo. Tot mijn verbazing zag ik ineens mijn Franse pelgrims voor me uit lopen. Dus die hebben lang zitten eten. Ik heb ze niet ingehaald, want zij lopen harder dan ik. Ik loop in mijn eigen tempo van ongeveer 4 km per uur en wijk daar ook niet van af.
Verder heb ik onderweg niemand gezien en ik was om kwart over vier na ruim 36 km in San Clemente. Ik heb een hotelletje, waar alles wel een beetje aan het minimum zit, ook de warmte van het water, want dat is lauw. Maar in de refugio’s heb ik soms alleen koud water, dus vooruit maar.
De Fransen moeten hier ook ergens in het dorp zijn, maar ik heb ze nog niet gezien. Ik zal eens een wandelingetje gaan maken.
Vandaag valt er dus verder niet veel te vertellen.
Theo, heb je de 36 kilometer op een kapotte schoen gelopen of heb je toch een schoenmaker kunnen vinden ?
Kijk, die vraag heb ik nu net aan Gerij gesteld.
Fijn dat alles zo goed gaat.
Nu we in Utrecht zijn wezen kijken, begrijp ik het ook wat beter allemaal.
Blijf genieten.