Gisteravond was ik voor de Fransen weer de reddende engel, want die hadden 40 km gelopen, dus waren al versleten en hadden vervolgens wel een uur door het dorp lopen dwalen op zoek naar een slaapplaats. En toen vonden ze mij en ik sprak ook nog Frans. Zo zie je maar, je helpt elkaar.
Ze gingen snel even hun spullen wegzetten en zouden na een kwartier in de cafetaria zijn om te eten. Nou, dat kwartier werd natuurlijk drie kwartier. Het eten was voortreffelijk, maar zoals het Fransen betaamt onderwerp van gesprek. Een ander belangrijk onderwerp is het volgende: zij vroegen hoe oud ik was en konden niet geloven dat ik 69 jaar ben. Ze dachten hooguit zestig! En dat ik dan liep met zo’n zware rugzak! Jullie begrijpen dat ik dit erg graag hoor!!
Jullie krijgen misschien de indruk van de website dat ik van de ene gebeurtenis in de andere rol, maar zo is het natuurlijk niet. Ik loop uren en uren zonder iemand te zien of zonder dat er ook maar iets gebeurt. Ja, ik liep vandaag ineens midden tussen een kudde van 150 schapen en dat is dan even een leuke afwisseling, maar verder is het gewoon kuieren tot ik er weer ben. Wat wel bijzonder was vandaag was dat er een bestelbusje naast me stopte, waarop een Jacobsschelp stond en de woorden ‘Camino de Apoyo’ (als ik het tenminste goed onthouden heb). Dat busje rijdt speciaal over de camino om pelgrims eventueel hulp te bieden. Dat heb ik nog op geen enkele camino meegemaakt. Ze stopten ook en vroegen hoe het ging en raadden me aan in La Roda naar de refugio in de stierenarena te gaan.
Dus ik ben stap-stap-stap naar La Roda gelopen, daar was ik met de middag. Bij de arena zaten de Franse vrienden al te wachten totdat er iemand zou komen. Ik zei, dat dat niet vanzelf ging, maar dat ze moesten bellen. Ja, maar zij hadden geen nummer en ik wel. Dus toen stond er binnen vijf minuten iemand voor onze neus die de deur openmaakte. We hebben met zijn drieën een kamer. Naast ons is nog een kamer met een Frans echtpaar, maar dat heeft besloten terug te gaan en ermee op te houden. De vrouw ziet het niet meer zitten en loopt ook erg ongelukkig.
De beheerder van de refugio raadde ons een restaurant aan, dat erg goed was volgens hem, dus wij op naar de maaltijd. We zijn wel drie keer het hotel voorbijgelopen, zo chic was het. Uiteindelijk toch maar naar binnen en toen bleek het menu € 11 te kosten. Het vlees en het nagerecht waren wel goed, maar vooraf kregen we een soort soep van witte bonen en daar dreven de varkensoren in. Ik vond het geen aanlokkelijk gezicht en heb ze dus maar opzij geschoven.
Nu ga ik op zoek naar een schoenmaker, want de zool van mijn linkerschoen laat los, dus die moet geplakt. Afhankelijk van de schoenmaker besluit ik dan wat ik morgen ga doen. “Lopen natuurlijk”, zullen jullie nu zeggen en dat ga ik ook doen, maar tot de eerstvolgende plaats is het 19 km en de plaats daarna is dan nog 17 km. Als ik vroeg weg kan, heb ik een beetje in mijn hoofd om die maar achter elkaar te gaan lopen. Gery zegt dat het onzin is, want op zo’n ongelooooflijk lange tijd dat ze alleen zit, maakt een dag meer of minder niet meer uit! Nou ja, als ik morgen eerst mijn schoen op moet halen, wordt het waarschijnlijk te laat. We zien wel wat de dag van morgen brengt.
Hallo Theo,
Wij genieten erg van je verslagen
Het geeft ons de indruk wat ons te wachten staat als wij a.s. zaterdag aan de route beginnen..
Buen camino.
Hallo Theo,
Deze tocht ver’loopt’ in relatieve rust. Honderdvijftig schapen tellen kan inderdaad slaapverwekkend zijn.
Voordat je het weet sta je weer midden in het leven.
Theo
Je lijkt vader wel: “Hoe oud denk je dat ik ben?”
Cees