O, die routekaartjes

Eerst even mijn gram kwijt: ik word zot van die PC’s en het mislukt iedere keer om mijn routekaartjes erop te zetten. Ik loop me rot om ergens op tijd te zijn en neem bijvoorbeeld vandaag: in de gîte in St. Palais, waar ik nu ben, hebben ze een PC, waarop ik wel de website kan zien, maar het lukt me niet om mijn kaartje te uploaden. Goed, dus ik ren naar de mediatheek hier…..is dicht. Morgen schijnt er bij de bakker in Ostabat een PC te zijn die het goed doet. Daar wil ik het nog één keer proberen en als dat ook niet lukt, kunnen jullie verder naar de kaartjes fluiten. Zo, jullie zien dat ik aardig losbollig en vrijgevochten begin te worden, plichten en zo….weg ermee!
Hoe gaat het verder met pelgrim Theo na deze ontboezeming? Nou, ik mag wel zeggen: uitstekend! Alleen begon het vanmorgen om half acht, toen ik in een barretje mijn ontbijt ging scoren, te regenen en dat heeft het gedaan tot elf uur. Dus toen waren we goed nat met zijn allen. Want je loopt wel alleen, maar komt elkaar toch steeds weer ergens tegen, onderweg of in een gîte. Ze noemen mij de ‘doyen’ van de camino, een soort nestor of oudste of hoe je het ook vertaalt. Dat komt niet omdat ik zo wijs ben of zo, maar omdat ik anderen wijs hoe ze niet door het bos hoeven lopen om toch op de plaats van bestemming te komen en als het nat weer is, heeft dat aftrek, want dan word je erg nat als je door de bossen loopt.
Ik passeerde op een gegeven moment het Oostenrijkse echtpaar en vertelde hen dat er twee mogelijkheden waren: een weg die niet door het bos ging, en nog een andere die korter was. Ja, toen kregen ze problemen, want de één wilde de ene weg en de ander de andere natuurlijk, zo gaat dat in een goed huwelijk. Dus ze zeiden dat ik er nu getuige van was dat hun wegen uit elkaar liepen en vervolgens ging ieder zijns weegs. Na een kilometer of acht komen die wegen toch weer bij elkaar en toen zat mevrouw heel trots al op een muurtje op ons te wachten. Haar weg was dus korter!
Ik ben de laatste kilometers over de gewone weg gaan lopen, maar dat doe ik niet meer, want er was me een verkeer, niet normaal, en hard rijden, verschrikkelijk, je vreest voor je leven. Dan maar liever een stukje omlopen.
Mijn allergie is bijna over, ik heb geen jeuk meer, alleen ziet het er nog niet fraai uit. Er is vandaag trouwens ook geen zon meer geweest, na elf uur bewolkt met een temperatuur van ongeveer 22 graden. Prima wandelweer.
Ik zit nu in een gîte in een voormalig klooster, waar Belgen de scepter zwaaien. Elke avond om kwart voor zeven geven ze een familieconcert, dus daar ga ik straks zeker heen. St. Palais is een leuk stadje. Ik heb er net shampoo en wasmiddel gekocht, want die heb ik in Navarrenx laten liggen. Dat is wel leuk, want dan zeg ik dat ik iets moet hebben dat klein, sterk en goedkoop is en dan gaat iedereen voor me aan de gang. Dus heb ik nu wasmiddel in een tube, want ‘die wordt steeds kleiner’. Slim gevonden.
Vandaag heb ik ruim 26 km gelopen, morgen ga ik naar Ostabat. Daar schijnt het weer groot feest te zijn, dus ik ben benieuwd.