Jacobus hebben ze niet

31,51 km – 45.012 stappen / totaal 2869,87 km – 4.120.802 stappen

Ondanks mijn sombere voorspelling heb ik gisteravond heerlijk gegeten. Ze hebben hier trouwens ontzettend lekkere wijn. Het is een gekoelde rode wijn, ongelooflijk, maar echt heerlijk.
Dus kon ik vanmorgen opgewekt van zin weer vertrekken. De route was mooi vlak, maar een groot stuk liep vlak langs de autoweg en dat is niet prettig, want het is een heel drukke weg met heel veel verkeer en een pelgrim als ik kan daar niet meer tegen natuurlijk, tegen al dat werelds gejaag.
Maar het was een lekker dagje. Onderweg kwam ik door Hospital de Orbigo en daar is middenin de stad een brug met een knik erin. Ook bij deze brug hoort weer een verhaal:

Hospital-Orbigo-web

Er was een ridder, Sueres, die graag een vrouw wilde, maar niet kon krijgen. Daarom had hij de gelofte gedaan dat hij elke donderdag met een zware ketting om zijn nek zou lopen. Dat deed hij braaf, maar het duurde en duurde en de goede vrouw kwam niet opdagen. Dus het werd bezwaarlijk voor hem, steeds die zware ketting en hij wilde er vanaf. Dat mocht, maar dan moest hij twee weken lang, twee weken voor de naamdag van St. Jacob en twee weken na diens naamdag, met elke ridder vechten die over de brug kwam. Dat deed hij, samen met een aantal vrienden en loste die belofte in. Daarop werd hij van de zware ketting verlost en deze hangt nu in de kathedraal van Santiago om de nek van het beeld van Jacobus de Mindere (niet ‘mijn’ Jacobus). Of hij nu uiteindelijk de vrouw van zijn dromen kreeg, weet ik eigenlijk niet, maar hier spelen de inwoners sinds 2000 elk jaar dit verhaal na.

Het is ook vandaag weer ruim 33 graden, maar ik heb totaal geen last meer van de warmte, ben er nu helemaal aan gewend. Ik ben vandaag geëindigd in Murias de Rechivaldo en huis in één van de twee refugio’s. Dit is een kleine refugio, er zijn maar twaalf bedden. Er is hier ook een meisje uit Barcelona, dat een beetje Frans spreekt, dus daar babbel ik wat mee. Overigens: even aandacht voor mijn vooruitgang in het Spaans! Hier in dit heel gezellige dorp staat een Tempelierskerk met bovenin een ooievaarsnest. Dat heb ik een tijdje staan filmen en toen zag ik de deur openstaan, dus ben ik even naar binnen gelopen. Binnen werd ik opgewacht door een oude baas, die me rondleidde en alles uitlegde, uiteraard in het Spaans. Ik weet nu dat dit kerkje uit de zeventiende en achttiende eeuw stamt en dat de vijf altaren die er zijn, nog grotendeels de originele altaren zijn, waaraan hier en daar iets gerestaureerd is. Dit heb ik allemaal verstaan, nou jullie weer! Verder heeft hij me alle heiligen aangewezen die in de kerk aanwezig zijn (in steen dan natuurlijk) en ik dacht ook dat ik ‘mijn’ Jacobus daarbij zag. Helaas, dit was fout, het was St. Rochus. “Jacobus hebben we niet”, zei hij. Dat vond ik wel grappig op de route van St. Jacob. Het was een uitermate vriendelijke man, want ik mocht zelfs een stukje filmen in de kerk en dat mag hier nergens. Sterker nog, hij vroeg of ik licht nodig had en ging toen voor mij het licht aansteken. Ook dat heb ik gefilmd, dus nu zie je ineens..floep.. alle lichten aan gaan in de kerk. Met andere woorden: Ik heb vast het licht gezien.
Na mijn bezoek aan de kerk zag ik een barretje naast de kerk en daar heb ik toen genoten van een pilsje. Er kwam ook een Frans echtpaar, dat de route in gedeeltes loopt, dus daar heb ik een poosje mee zitten praten.

Ik heb nu nog ruim 250 km te gaan en Mireille, mocht je dit toevallig lezen: morgen loop ik niet ver en stop ik ’s avonds in Rabanal. Overmorgen bereik ik dan het Cruz de Ferro. Ik heb geen idee waar jij nu precies zit, voor of achter mij. Jullie zien: ook de communicatie van pelgrims onderweg is gemoderniseerd en loopt via de digitale snelweg!

Een gedachte over “Jacobus hebben ze niet”

  1. Wat ik heel grappig vind is dat je het heerlijk vindt als je alleen kunt lopen, maar toch ook weer steeds gezelschap opzoekt en het kan toeval zijn, maar het zijn toch steeds weer de dames waar je mee verder loopt of kijkt dat je elkaar nog ergens tegen komt. Zou de echte Jacobus dat ook steeds zo getroffen hebben of hoort dit bij de Jacobus van deze tijd?

Reacties zijn gesloten.