In Galicië

23,78 km – 33.976 stappen / totaal 2977,24 km – 4.274.215 stappen

Galicie-web

Ik vind het allemaal weer geweldig en begin aardig aan Spanje gewend te raken en het steeds leuker te vinden. Even een fout van Gery rechtzetten: Het is niet 90 km naar Santiago, maar 190 km. Je moet die vrouwen blijven controleren, anders schrijven ze onzin. Maar goed, dat daargelaten doet ze verder wel haar best. Verder roept ze dat iedereen het een prestatie van me vindt, nou, het is alleen maar gewoon doorlopen, hoor en niets anders.

Vanmorgen hebben Mireille en ik samen het eerste stuk gelopen, daarna moest zij naar de bakker en ben ik doorgelopen. De eerste 10 km liepen we naast de autoroute, maar het was zaterdag, dus niet zo gek druk. Daarna ging ik de bergen in of beter gezegd, op. Ik ben de bergrug, die de overgang vormt naar Galicië opgeklommen en bivakkeer nu op de top in O Cebreiro. Ik ben al in Galicië en dat is duidelijk te zien aan de huizen, die hier weer heel anders zijn. Ze praten ook anders, maar dat maakt mij niet uit, ik versta het toch niet. In de winkels klinkt muziek, die heel veel lijkt op Ierse muziek. O Cebreiro is trouwens een soort Valkenburg met heel veel toeristen. Maar als je nu denkt dat hier wel gemakkelijk een pinautomaat te vinden is, vergis je je, in het hele dorp is er niet één.

In alle gidsen heb ik gelezen dat het hier bijna altijd mistig is en je dus niets ziet. Vandaag echter is het heel erg helder, geen wolkje aan de lucht, hoewel ik wel met mijn hoofd in de wolken ben. Ik zit nu buiten op een bankje en heb een uitzicht over het hele dal. Ik kijk wel 50 km ver, adembenemend mooi. Het is mooi zonnig weer, er waait alleen een koude wind. Vannacht zal het dus wel koud worden, want ik heb mijn slaapzak aan Gery meegegeven. “Eigen schuld”, sprak zij hardvochtig en: “Een pelgrim moet lijden”.

Uiteraard is hier ook weer een kerk en in deze kerk staat een heel oude kelk en een bordje waarop de ouwels lagen. Uiteraard hoort ook hier weer een verhaal bij:
In de twaalfde eeuw kwamen hier monniken uit Aurillac. Eén van die monniken droeg op een morgen de mis op en er was maar één gelovige, een boertje dat de berg opgeklommen was. “Nou”, dacht de monnik, “die man is ook dom om dat hele eind naar boven te klimmen voor een stukje ouwel en een slokje wijn”. En toen gebeurde het wonder: De ouwel werd brood en de wijn echt bloed om de monnik voor zijn slechte gedachte te straffen. Mooi, hè? Ik geniet van al die verhalen.

Straks krijg ik een drankje aangeboden van Marjolein en ik zag Mireille ook alweer voorbij draven, dus alles gaat naar wens. De beide dames hebben samen mijn benen ingesmeerd met crème, want de huid was te schilferig, vonden ze. Gery beweert nu dat ik door de dames in de watten gelegd word, maar hoezo dan? Ze smeren alleen maar mijn benen in! En wat voor benen! Want wat ik nog niet verteld heb, is dat ik deze week ingehaald ben door een paar Duitse schonen, die speciaal naast me kwamen lopen om te zeggen dat ik zulke ‘schöne beine’ had!
Dat is dan ook het enige mooie dat er van me over is, want verder is het huilen met de pet op. Mager en tanig, is de juiste uitdrukking, geloof ik. Maar dat geeft allemaal niet, zolang de voeten het maar doen en dat doen ze.

2 gedachten over “In Galicië”

  1. Ja, ja, mager en tanig, maar met mooie benen. De eerste twee eigenschappen horen bij een pelgrim tegen het eind van de tocht ook wel zo te zijn, maar de laatste??????
    Je tocht is ook net het leven als ik dat zo lees, steil omhoog is niet alles, maar ja, steil omlaag is ook niet altijd fijn. Zo zie je maar. Maar toch, als je alles van bovenaf kunt bekijken is het schitterend.
    Jij hoeft het dan wel niet meer op je CV te zetten, maar voor iedereen die je kent of hebt leren kennen, zal het altijd een beetje pelgrim Theo blijven.
    Overigens mag Gery ook wel een pluim hebben. Zoveel maanden alleen en dan ook nog alles bijhouden van je man onderweg en de zoon laten opereren. Zonder thuisfront is de pelgrim maar een eenzame trekker en zitten wij zonder dagelijks leesvoer. Sterkte allemaal.

  2. Zoals ik al eerder heb gemerkt, weet je het steeds weer zo voor elkaar te krijgen dat er toch weer een vrouw in de nabijheid is, maar nu worden het er al steeds meer en dan ook nog lopen showen met je benen. Waar gaat dat toch heen met die pelgrim?

Reacties zijn gesloten.