2006: Camino Frances

We gaan weer verder

31,30 km – 44.725 stappen / totaal 2953,46 km – 4.240.239 stappen

Gisteravond was ik in Ponferrada en daar was in de refugio een Middeleeuwse kapel, waar we naar de Bénediction des Pèlerins geweest zijn. We, dat zijn Marjolein, Mireille en ik.

Marjolein,-Mireille,-Theo-w Theo, Mireille, Marjolein

Dat was erg mooi, de dienst was in vier talen: Spaans, Duits, Italiaans en Engels. Alle pelgrims moesten een stukje voorlezen in hun eigen taal. Wij hebben de Engelse tekst voorgelezen, want Nederlands hadden ze niet. Het waren een stukje uit de bijbel en een gebed. Het gaat er allemaal heel relaxed aan toe en dat heeft toch wel iets zo met zijn allen.
De refugio, waarin ik sliep, is heel erg groot. Vanochtend stegen er dus zo’n honderdtachtig man tegelijk uit bed en je kunt je voorstellen wat een hels kabaal het dan is. Het eerste uur heb ik samen met Mireille gelopen, daarna gingen we apart verder. In de route zaten wel zware stukken, maar ook hele stukken die goed te lopen waren. Er zijn hier veel heuvels, natuurlijk hoger dan in Zuid-Limburg, zoiets als in de Ardennen, maar dan met veel minder bomen. Gery maakte me erop attent dat ik, toen ik het Pieterpad liep, in Zuid-Limburg riep dat het echt al hoge heuvels waren, hoor! Dat is waar, wat lijkt dat nu lang geleden. Intussen heb ik heel wat hogere ‘heuvels’ genomen. Alles gaat goed, ik had afgelopen dagen pijn in mijn rug, maar vandaag was dat over. Ik zie nu bordjes met: ‘Santiago 90 km’, maar het is hier wel Spanje, dus een eindje verder zie ik dan weer een bordje met ‘Santago 124 km’. Hoe het ook zij, het einde nadert.

Op mijn eindbestemming vandaag, Pereje, vond ik de refugio gesloten. Marjolein en Mireille waren inmiddels ook weer gearriveerd, dus hebben we maar een tijd zitten wachten. Niet dat dat hielp, want er kwam niemand. Dus besloten we in het kroegje vlakbij maar iets te gaan drinken. En daar zat dus de vrouw van de refugio, die helemaal niet blij keek naar ons, want dat betekende het einde van haar gezellige borreluurtje. Ik heb dus al mijn charmes in de strijd gegooid en ben begonnen met haar iets te drinken aan te bieden. Toen was het ijs gauw gebroken. Deze refugio is een stuk kleiner, er zijn ongeveer dertig bedden, dus dat is goed te doen. Mireille bood aan mijn was te doen in de wasmachine, maar nu is het wasmiddel op. Dat is dus mooi pech hebben.
Maar vooruit maar, morgen nog één bergrug over en dan zijn we in Galicië!

Ik heb net even de website bekeken en wat heb je een schitterend gedicht gestuurd, Danielle! Heel erg bedankt, het is precies zo als het gedicht zegt. Gery heeft het op de gedichtenpagina gezet.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 1 reactie

Er is een steen gelegd

36 km – 51.430 stappen / totaal 2922,16 km – 4.195.514 stappen

Vandaag ben ik de berg opgeklommen naar het Cruz de Ferro om mijn steentje neer te leggen. Dat was voor mij het absolute hoogtepunt, eigenlijk heb ik nu mijn doel bereikt, de rest is toegift.

Theo bij graf-web Vier maanden geleden heb ik op het grafje van Ernest een steen weggehaald. Daar hebben we onze namen op laten zetten.

Steen-en-gids-web

De hele weg is dat steentje met me meegereisd tot vandaag. Het Cruz de Ferro is een simpel kruis bovenop een berg stenen. Die berg stenen is ontstaan omdat alle pelgrims daar sinds eeuwen een steen neerleggen. Bij de Romeinen was dit al een gebedsplaats en vroeger dacht men dat dit het hoogste punt van de Camino was. Het blijkt dat niet te zijn, maar het is wel een plek waar je naar alle kanten uitzicht hebt.

Toen ik na mijn klimpartij in de buurt van het Cruz de Ferro kwam, zag ik het liggen met……. een groep fietsers erbij, die stonden te joelen en te hossen en te springen. Ieder zijn Camino, dat is waar, maar ik kwam er met heel andere gevoelens en dat was echt wel even slikken. Ik had zelfs even de neiging om door te lopen. Maar uiteindelijk was ik er voor mezelf, dus dat heb ik niet gedaan. Er was een Nederlands echtpaar, dat mij heeft gefilmd toen ik met mijn steentje naar boven klom om het neer te leggen.

Het was erg emotioneel, eigenlijk was het loslaten, maar tegelijkertijd ook op zijn plek leggen en vertrouwen hebben in de toekomst.
Ik liep weer terug met een goed gevoel: Die steen ligt daar goed!

Steentje-web

Mission completed!

Categorieën: 2006: Camino Frances | 7 reacties

Er zijn weer bomen

16,29 km – 23.282 stappen / totaal 2886,16 km – 4.144.084 stappen

Dat was een comfortabel dagje vandaag. Ik heb maar een klein eindje gelopen en het was een leuke route. Het landschap wordt steeds groener en ik zie weer bomen. Om twaalf uur was ik al in Rabanal del Camino, dus ik heb zogezegd een vrije middag genomen. Eerst mijn spullen even naar het hostal en dan eten. Ik zit aan het raam en wie zie ik daar toevallig voorbijlopen? Mireille. Dus tijd voor een goed tafelgesprek. De ontmoetingen hier wisselen snel. Zo zie je iemand, zo zie je hem niet meer en een paar dagen later duikt hij ineens weer op. Dat is ook wel lollig. Hier zit ik nu met een Filippijn, die Fillippijns, Spaans, Engels, Frans en Nederlands spreekt en dus van alle markten thuis is, kun je wel zeggen.

Rabanal is voor Spaanse begrippen een behoorlijk dorp, voor mij is het een klein dorp. Eigenlijk zijn er twee kerken te zien en dat is het dan. Maar wel veel terrasjes en, zoals ik net aan Geer heb uitgelegd, daar moet je wel op gaan zitten, anders heb je niets te doen. Ik hoop dat jullie dat begrijpen.

Doe ik ook nog iets anders? Jawel, ik heb vanmiddag uiteraard eerst mijn plichten gedaan. De rugzak weer eens helemaal uitgepakt, mijn matrasje weer eens goed opgeblazen en ja, toen was het weer tijd voor de siësta. Je moet je tenslotte aanpassen, nietwaar?

Ik heb het vannacht erg koud gehad. In mijn overmoed heb ik de slaapzak aan Gery meegegeven, maar ik moet zeggen dat het hier erg koud is ’s nachts. Niet alleen ’s nachts, ’s morgens als je weggaat, is het ook erg koud. En….ook mijn truien heb ik niet meer. Ik troost me dan met de gedachte dat ik, als ik een winkel voorbijkom, een lekkere warme fleecetrui ga kopen. Maar ja, die winkel is er dan net niet en dan komt de zon op en is het binnen een half uur lekker en ’s middags is het weer bloedheet, dus die trui zal er wel niet komen. En ik zal lijden. Dat is des pelgrims.
Ik ben ook twee sokken kwijt en twee knijpers, dus waarschijnlijk heb ik die in een refugio achtergelaten. Nu is het zo, dat ik niet de enige ben die daar iets achterlaat. In elke refugio is een hoek met achtergelaten spullen, van tandpasta tot kleding en daar kan de volgende pelgrim dan weer iets uit de stapel vissen, dat hij nodig heeft. Zo werkt dat.
Ik vond het heel leuk dat er een berichtje van Arlette en Etienne op de website stond. Goed te lezen dat ze het gehaald hebben. En dan ook iemand die op een Pieterpadwandeling mijn website doorkrijgt. Wat ontzettend leuk is dat toch, ik zal het erg missen als ik weer thuis ben.

Vanavond ben ik om zeven uur naar de Vespers hier geweest. Er waren ruim honderdvijfentwintig mensen aanwezig en de dienst werd geleid door de monniken uit het Benedictijner klooster. Alles in het Spaans, Italiaans en Engels en er werden liedjes gezongen uit Taizé. Dat alles in een heel oud kerkje. Ik vond het erg indrukwekkend.
Morgen ga ik 1500 meter de berg op naar het Cruz de Ferro om mijn steentje neer te leggen. Weer een letterlijk en figuurlijk hoogtepunt dus.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 2 reacties

Jacobus hebben ze niet

31,51 km – 45.012 stappen / totaal 2869,87 km – 4.120.802 stappen

Ondanks mijn sombere voorspelling heb ik gisteravond heerlijk gegeten. Ze hebben hier trouwens ontzettend lekkere wijn. Het is een gekoelde rode wijn, ongelooflijk, maar echt heerlijk.
Dus kon ik vanmorgen opgewekt van zin weer vertrekken. De route was mooi vlak, maar een groot stuk liep vlak langs de autoweg en dat is niet prettig, want het is een heel drukke weg met heel veel verkeer en een pelgrim als ik kan daar niet meer tegen natuurlijk, tegen al dat werelds gejaag.
Maar het was een lekker dagje. Onderweg kwam ik door Hospital de Orbigo en daar is middenin de stad een brug met een knik erin. Ook bij deze brug hoort weer een verhaal:

Hospital-Orbigo-web

Er was een ridder, Sueres, die graag een vrouw wilde, maar niet kon krijgen. Daarom had hij de gelofte gedaan dat hij elke donderdag met een zware ketting om zijn nek zou lopen. Dat deed hij braaf, maar het duurde en duurde en de goede vrouw kwam niet opdagen. Dus het werd bezwaarlijk voor hem, steeds die zware ketting en hij wilde er vanaf. Dat mocht, maar dan moest hij twee weken lang, twee weken voor de naamdag van St. Jacob en twee weken na diens naamdag, met elke ridder vechten die over de brug kwam. Dat deed hij, samen met een aantal vrienden en loste die belofte in. Daarop werd hij van de zware ketting verlost en deze hangt nu in de kathedraal van Santiago om de nek van het beeld van Jacobus de Mindere (niet ‘mijn’ Jacobus). Of hij nu uiteindelijk de vrouw van zijn dromen kreeg, weet ik eigenlijk niet, maar hier spelen de inwoners sinds 2000 elk jaar dit verhaal na.

Het is ook vandaag weer ruim 33 graden, maar ik heb totaal geen last meer van de warmte, ben er nu helemaal aan gewend. Ik ben vandaag geëindigd in Murias de Rechivaldo en huis in één van de twee refugio’s. Dit is een kleine refugio, er zijn maar twaalf bedden. Er is hier ook een meisje uit Barcelona, dat een beetje Frans spreekt, dus daar babbel ik wat mee. Overigens: even aandacht voor mijn vooruitgang in het Spaans! Hier in dit heel gezellige dorp staat een Tempelierskerk met bovenin een ooievaarsnest. Dat heb ik een tijdje staan filmen en toen zag ik de deur openstaan, dus ben ik even naar binnen gelopen. Binnen werd ik opgewacht door een oude baas, die me rondleidde en alles uitlegde, uiteraard in het Spaans. Ik weet nu dat dit kerkje uit de zeventiende en achttiende eeuw stamt en dat de vijf altaren die er zijn, nog grotendeels de originele altaren zijn, waaraan hier en daar iets gerestaureerd is. Dit heb ik allemaal verstaan, nou jullie weer! Verder heeft hij me alle heiligen aangewezen die in de kerk aanwezig zijn (in steen dan natuurlijk) en ik dacht ook dat ik ‘mijn’ Jacobus daarbij zag. Helaas, dit was fout, het was St. Rochus. “Jacobus hebben we niet”, zei hij. Dat vond ik wel grappig op de route van St. Jacob. Het was een uitermate vriendelijke man, want ik mocht zelfs een stukje filmen in de kerk en dat mag hier nergens. Sterker nog, hij vroeg of ik licht nodig had en ging toen voor mij het licht aansteken. Ook dat heb ik gefilmd, dus nu zie je ineens..floep.. alle lichten aan gaan in de kerk. Met andere woorden: Ik heb vast het licht gezien.
Na mijn bezoek aan de kerk zag ik een barretje naast de kerk en daar heb ik toen genoten van een pilsje. Er kwam ook een Frans echtpaar, dat de route in gedeeltes loopt, dus daar heb ik een poosje mee zitten praten.

Ik heb nu nog ruim 250 km te gaan en Mireille, mocht je dit toevallig lezen: morgen loop ik niet ver en stop ik ’s avonds in Rabanal. Overmorgen bereik ik dan het Cruz de Ferro. Ik heb geen idee waar jij nu precies zit, voor of achter mij. Jullie zien: ook de communicatie van pelgrims onderweg is gemoderniseerd en loopt via de digitale snelweg!

Categorieën: 2006: Camino Frances | 1 reactie

Overal kom je Cargill tegen

23,36 km – 33.379 stappen / totaal 2838,36 km – 4.075.790 stappen

Na veel gezoek en nu hulp van de receptioniste heb ik eindelijk de truc gevonden om het apenstaartje te vinden. Je moet het eerst ergens opzoeken in de computer en dan kopiëren. Vervolgens weer terug naar je adres en dan weer kopiëren. Op zich is dat al onbegonnen werk voor mij, maar alles staat ook nog eens in het Spaans, dus ik weet eigenlijk helemaal niet wat ik zit te doen. Maar goed, het staat er nu en ik hoop maar dat het goed gaat.

Vanmorgen heb ik uitgeslapen, omdat ik dacht dat ik in Leon zou blijven. Maar ik heb mijn komende dagen eens even goed doorgenomen en dan blijkt dat er nog wat heftige dagen tussen zitten. Voor de zekerheid dus vandaag maar vast een korte etappe gewandeld, zodat ik wat meer ruimte heb om sommige dagen in twee keer te doen. Dus vanmorgen ging ik pas om acht uur aan de wandel. Aan de rand van de stad Leon staat een oud klooster dat nu een parador is (luxe hotel), maar dat met heel veel zorg van buiten in ieder geval in de originele staat wordt onderhouden. “Gewoon prachtig”, zou mijn schoonmoeder zeggen. Daarvoor op een bankje zit een bronzen pelgrim uit te rusten. En iedereen wil natuurlijk met hem op de foto.

Daarna moest ik over een oude romeinse brug naar de rand van de stad. Dat viel nog niet mee, want er wordt enorm gebouwd en verbouwd hier in Spanje. Met alle dank aan Europa trouwens, zo staat overal vermeld. Maar het probleem is dat de routebeschrijvingen dan niet meer kloppen. Er zijn dus twee routes om naar Hospital de Orbigo te wandelen. De eerste is langs de autoweg en de tweede gaat over rustige paden met een kleine omweg. Inmiddels was ik Marjolein tegengekomen die in Leon met de Camino is begonnen en samen zijn we verder gelopen. We wilden de rustige route nemen, maar we hebben nooit een splitsing gezien en hebben steeds trouw de gele pijlen gevolgd. En dus kwamen we er na verloop van tijd achter dat we steeds langs de autoweg bleven lopen en dus de verkeerde route hadden. De hele dag zoveel verkeer vlak langs je heen is heel hinderlijk. Maar goed, mijn doel heb ik toen gewijzigd en ik ben doorgelopen. Onderweg kwam ik nog langs een fabriek van Cargill, dus kwam alles heel vertrouwd over. Ik heb maar een foto gemaakt voor Gery, dan kan ze zien hoe wereldwijd ze bezig is. Dat moet toch een trots gevoel geven? Of niet? In San Martin del Camino is een albergue met, geloof het of niet, aparte individuele kamers. Vannacht slaap ik dus alleen zonder gebrom, gezucht en verdere vreemde geluiden.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 6 reacties

Leon

26,29 km – 37.560 stappen / totaal 2815 km – 4.043.311 stappen

Kijk, dat valt me nu toch weer van jullie, intelligente mensen, tegen, dat jullie niet snappen dat ik met ‘verraseup’ gewoon ‘terrasje’ bedoel. Ik bedoel maar, een beetje sms-kenner kan dit toch wel vertalen?
Nu niet zeggen: “Alweer op een terras?”, want dan ga ik ook nog vertellen dat ik achter een sorbet zit, waar jullie het water van in de mond zou lopen. Ze hebben hier namelijk uitstekende sorbets, heel groot en heel lekker! Maar wees gerust, ik heb echt niet de hele dag op dit terras gezeten.
Vanmorgen ben ik vertrokken en weer liep ik op de hele lange en rechte weg met de boompjes. De moed zonk mij in de schoenen bij de gedachte dat dit de hele dag zou duren weer.

Mireille-en-Theo-web Maar gelukkig stond Mireille na een tijdje op me te wachten en gedeelde smart is halve smart. Bovendien bleek deze weg nog maar 5 km te zijn. Ineens veranderde toen het landschap. Alles werd groen en fris. Dus besloten wij in een barretje langs de weg ook maar iets fris te gaan nuttigen. Bij het glaasje heerlijke sap zaten we een beetje samen te keuvelen en vroegen we ons af hoe ver het nog naar Santiago zou zijn. Komt er ineens de stem van een oud baasje aan de bar in zuiver Nederlands: “Driehonderd kilometer.” Wil je geloven dat we het nog niet eens meteen doorhadden? Ook dit bleek iemand te zijn die in het verleden tien jaar bij de Hoogovens had gewerkt en zijn Nederlands was ook nu nog prima. Wat nou, ze willen de taal niet leren? Deze man deed dat zonder ‘inburgeringscursus’.
Met de middag waren we in Leon. Eerst weer door de ook hier niet fraaie buitenwijken, even zoeken naar een hostal, dan wassen, douchen en uitrusten. Dat was wel nodig, want we hebben heel weinig gerust en zelfs niet gegeten onderweg. Maar goed, na een poosje ben je weer uitgerust en dus wordt het dan tijd om de stad te bekijken.
Leon is echt een prachtige stad en de moeite van het bekijken waard. Ik heb eerst de San Isidore bezocht, een van de grootste Romaanse kerken van Europa en een juweel. Daarna ben ik de kathedraal binnengestapt en die was gewoon verbijsterend van pracht, Chartres zinkt er bijna bij in het niet. Er zitten zoveel ramen in de kathedraal dat het net lijkt alsof het dak op glas rust. Allemaal gebrandschilderd en veel ramen zijn nog de originele. Geweldig, in één woord!

Leon-web

En nu zit ik dus op dat terrasje en zie het recreatieve treintje voorbijrijden. Dit is echt een stad voor Gery: overzichtelijk, niet al te groot, overal uitspanningen en……. een treintje, zodat ze niet veel hoeft te lopen. Nu even een rechtstreeks verslag, want ik zie hier nu net twee Spaanse dames aankomen en het is net een bijzonder plaatje: twee echt Spaanse dames met overal fladders en flinters aan hun kleding en…. met een waaier in hun hand. Net klederdracht, een schitterend gezicht! Dus dames in Holland, de spijkerbroek uit!
Als uitsmijter nog even een filosofische gedachte: De Camino is loslaten en toelaten. Zo, denk daar maar eens over na, jullie daar in ‘de andere wereld’, zoals wij pelgrims dat onder elkaar noemen. Een hartelijke groet!!

Categorieën: 2006: Camino Frances | 1 reactie

6-8-2006: Het thuisfront

Vandaag realiseerde ik me ineens dat ik over veertien dagen samen met Marnix in het vliegtuig zit naar Santiago de Compostela om Theo daar te verwelkomen. Hoe is het mogelijk dat we nu al ruim vier maanden verder zijn? Ik zou bijna zeggen: “Ik begin net een beetje te wennen aan het alleen zijn!”
Met heel veel plezier heb ik Theo’s avonturen aangehoord en aan de reacties te zien, ben ik niet de enige. Ik kan me bijna niet voorstellen dat over niet al te lange tijd het laatste bericht op deze website zal staan. Ik vind dat ook enorm spijtig, want ik heb er zoveel plezier in gehad om het te doen. Dat had ik niet verwacht, ik had het idee dat ik er na een poosje wel de balen van zou krijgen. Niets is minder waar en hoe komt dat? Door iedereen die zo spontaan heeft gereageerd, sommigen af en toe, sommigen bijna elke dag. Het was geweldig om dit allemaal te lezen, iedere dag weer. Misschien ook, omdat jullie commentaren zo in onze stijl passen? Soms bloedserieus, soms vol humor, soms juweeltjes van schrijfkunst.
Ik heb dit weekend alle reacties vanaf het begin doorgelezen en in combinatie met Theo’s verslagen is het een soort diamant! Ik weet niet hoe ik het precies moet zeggen, maar het voelt gewoon goed. Een stukje ‘puur leven’ in een wereld die steeds harder en rauwer lijkt te worden. Ik zeg met opzet: “lijkt”, want zolang dit ook nog bestaat, blijft er hoop en vertrouwen. Ik heb ook genoten van de reacties op mijn filosofische gedachten, het is leuk om te weten hoe anderen ergens tegenaan kijken. En ik weet niet hoe het jullie vergaat, maar ik heb het gevoel dat ik iedereen, die heeft gereageerd, nu ken. Ik weet ook wel, dat ik sommigen nog nooit gezien heb en dat ik die dus op straat gewoon voorbij zou lopen, maar hier zijn het mijn vrienden en vriendinnen. Van mij en van Theo ook natuurlijk.
Hans en Janneke, wat hadden jullie weer een mooi gedicht, ik heb het meteen op de gedichtenpagina gezet. Ik ben van plan om met alles dat hier op de website in die tijd is verschenen, ook iets te doen, opdat het niet gewist wordt. Ik heb ook wel een idee, maar aangezien de een of andere pelgrim steeds op de website kijkt, wil ik daar nog niet over uitweiden, want het moet voor hem wel een verrassing worden natuurlijk.
Over die pelgrim gesproken: Hij zal na het lezen van het bovenstaande ongetwijfeld zeggen: “Ho, ho, ik ben er nog niet. Er kan nog van alles gebeuren!” en dat is zo, dus voorlopig gaan we nog even vrolijk verder. Ten tweede krijg ik nu een sms-je met het bericht dat ik moet bellen, aangezien hij nu op een ‘verraseup’ zit. Iemand enig idee wat dat is? Ik zal het wel horen!

Categorieën: 2006: Camino Frances | 2 reacties

Ondergronds

31,75 km – 45.370 stappen / totaal 2788,71 km – 4.004.751 stappen

Jawel, ik ben vier miljoen stappen verder! ‘t Is me toch wat.
Vandaag heb ik het laatste stuk gelopen met Mireille uit België. Nou, laatste stuk? Eigenlijk was de hele weg het laatste stuk, want ik zat nu op de weg met allemaal bomen langs de kant, die je bijna altijd ziet als het op TV over Santiago gaat.

Meseta-web

Ik had dat natuurlijk ook gezien, maar wist niet dat die weg inderdaad zo lang was. Je hebt er geen voorstelling van hoe eindeloos lang die weg is met voortdurend hetzelfde uitzicht. Er komt echt geen eind aan. Mireille zei dat het gelukkig was dat ik erbij was, anders zou ze aan de kant van de weg gaan zitten en niet meer opstaan. Wat ons reden gaf te constateren dat het net het leven was: je kunt niet zonder anderen. Nou begrijp ik ook ineens hoe mensen aan die filosofische gedachten komen. Dat is gewoon verveling!!
Verder hebben we er maar geintjes over gemaakt. Als er ergens een tractor in het land stond, riepen we: “Er gebeurt wat!” Of als er een piepklein kromminkje in de weg zat: “O, moet je nou eens kijken!”

Maar aan alles komt een eind, dus ook aan deze weg en nu zitten we prinsheerlijk in de refugio in Reliegos. Hoe je het uitspreekt, weten we niet, maar de helft van de huizen zijn hier ondergronds. Je ziet dan alleen een heuveltje met een schoorsteentje eruit steken. Waarom dat is, weten we nog niet, daar moeten we nog achter zien te komen. In de gids staat er niets over.
Er is weer gedoucht en gewassen en Mireille heeft heerlijke soep voor me gekookt. Belgische soep uit een Spaans pakje, dus heel bijzonder. Er zit nu iemand tegenover me heel zorgvuldig zijn blaren te behandelen, ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst een blaar had. Dus alles gaat naar wens. We gaan straks wel even op de website kijken, maar op dit moment is er geen plek, want een schare Spaanse jongetjes zit stiekem naar sex sites te kijken. Dat een pelgrim dat nou net moet zien.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 3 reacties

Uitgeslapen

15,98 km – 22.837 stappen / totaal 2756,96 km – 3.959.381 stappen

Zo, nadat ik gisteren zo mijn best heb gedaan, mocht ik van mezelf vanochtend uitslapen. Dat betekent in mijn geval dat ik om kwart voor zeven (Geer noemt dit geen uitslapen) uit bed kwam, eerst maar eens op zoek ben gegaan naar een ontbijtje en vervolgens mijn wandeling heb vervolgd over de Meseta. Het was vanmorgen trouwens erg koud. Gaandeweg werd het beter en werd het zelfs aangenaam weer. Er stond een stevige wind, die een beetje te vergelijken is met de mistral in Zuid-Frankrijk. Die wind komt meestal uit het westen, maar vandaag tot mijn geluk uit het oosten. Dat betekent dus dat ik de hele tijd voor de wind liep en dat schiet lekker op.

Zodoende was ik om twaalf uur in Sahagun, mijn slaapplek voor vannacht. En….. daar ben ik gestopt. Goed hè? Jawel, ik kan wel een oude wijze pelgrim zijn. Maar dat is eigenlijk ter voorbereiding op morgen en overmorgen, want dan wil ik drie etappes in twee dagen doen. Zondag hoop ik dan in Leon aan te komen.
Ook hier zijn alle huizen van leem, behalve twee kerkjes uit de twaalfde of dertiende eeuw. Die zijn van baksteen en dat heeft een vermogen gekost, want die stenen moesten allemaal worden aangevoerd, omdat ze die hier niet hadden. Die lemen huizen moeten trouwens ieder jaar van een nieuwe leemlaag worden voorzien, want door de regen en de zon vallen er elk jaar hele stukken uit. Dus dat is wel een heel gedoe.

Verder heb ik vandaag niet zoveel beleefd, het was gewoon een lekker rustig dagje. Gery heeft me alle commentaren op de website weer voorgelezen en dat is erg leuk. Het is iedere keer weer een feest te merken dat mensen zo enthousiast reageren en zo meeleven met mijn dagelijkse beslommeringen. Tot in Engeland toe, merk ik wel.

Mijn vlooienbeten beginnen te vervagen, dus ik begin er weer een beetje als mens uit te zien en het kan er weer mee door. Ik ben wel een stuk magerder geworden, al het vet is verdwenen. Dus dat wordt thuis nieuwe broeken kopen.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 2 reacties

Overmoed en hoogmoed

39,76 km – 56.804 stappen / totaal 2740,98 km – 3.936.544 stappen

Overmoed en hoogmoed, dat waren vandaag mijn (pekel)zonden. Vanmorgen ben ik weer fris en monter op stap gegaan, zo fris en monter, dat ik om twaalf uur de etappe van 20 km al achter de rug had. Toen begon de overmoed, want ik dacht: “Wat doe ik hier zo vroeg? Laat ik nog maar een stukje verder lopen.”

Op-de-meseta-web De volgende etappe was 17 km en op de hele etappe was geen enkele plaats waar je kon stoppen. Sterker nog, er was helemaal niets, zelfs geen punt om water te tappen. Het was gewoon een hele lange, rechte weg met kleine boompjes, die geen schaduw gaven. In de gids staat dat, als je na wilt denken, dit het goede stuk daarvoor is, omdat het landschap verder zo saai en eentonig is. Dat is ook zo, het is een saai landschap, maar toch vond ik het erg mooi en fascinerend. Je zag geen kip, ik heb uren gelopen zonder ook maar iemand voor me of achter me te zien en ik vond het fantastisch! Onderweg kwam ik langs een schitterende kerk. Hij was van binnen ook erg mooi, maar in het portaal was Christus gebeeldhouwd in een mandorla (een soort ereboog om hem heen). Om die mandorla waren de symbolen van de vier evangelisten en daaronder vierentwintig musici met allemaal een verschillend instrument. Prachtig was dat.

Maar goed, ik was natuurlijk wel blij dat ik er uiteindelijk was. Ik zag de refugio al, maar toen stak na de overmoed de hoogmoed de kop op. Ik dacht namelijk: “Ik ga niet in een refugio, ik neem vandaag een hostal”. Dus ik ga op zoek naar dat hostal: lopen, lopen, lopen, maar ik kon het niet vinden. Op straat was niemand, alleen ik en uiteindelijk zag ik een oud baasje voor zijn huis zitten. Dus ik ernaar toe en ik vraag hem naar het hostal. Met veel armzwaaien en heel veel woorden en veel wijzen legde hij me iets uit, waarvan ik begreep dat dat de richting was die ik gaan moest. Dus ik ga opnieuw lopen, en lopen, en lopen…. Na 2 km dacht ik: “Dit is niet goed, dit kan niet goed zijn”, maar om nu weer 2 km terug te lopen is ook zo wat. Dus toen ben ik maar verder gelopen. Het was nog 7 km naar Ledigos, waar ik kon overnachten, maar aan het einde van je dag is 7 km nog heel veel, dat kan ik je verzekeren.
En als straf voor mijn hoogmoed slaap ik nu …… in een refugio van leem. Geer zou, als ze dit zag, spontaan gaan zingen: “Een huis van hout, een huis van steen, ‘t gaat alles met de wereld heen”, maar ik voel me overal thuis of het nu een groot paleis is of een arme stulp.
Gelukkig toonde Gery het benodigde medelijden met me, maar eerlijk gezegd, eigenlijk zijn dit juist leuke dingen die je meemaakt, vooral omdat je niet van tevoren weet waar je terechtkomt. En dat leem klinkt nu wel armelijk, maar hier is alles van leem, dus zo bijzonder is het nu ook weer niet. Ik heb hier wel weer eens voldoende gegeten: soep, vlees en dessert. Als de maag weer vol is, de was te drogen hangt en het zweet weer afgewassen, is alles weer goed.

Er zijn hier drie jongens uit Boxmeer op de fiets en die zijn over vijf dagen al in Santiago. Ik ga er iets langer over doen, maar ik nader de eindbestemming! Nu ga ik naar bed, want zoals jullie weten, moet een pelgrim vroeg in de morgen weer op. Welterusten.

Categorieën: 2006: Camino Frances | 5 reacties

Blog op WordPress.com.