Pseudo-pelgrims

Gisteravond hebben we een hele verhandeling gehouden over Gaudi. We, dat zijn de Australiër, twee zussen uit Litouwen, die in Londen wonen en ik. Het is wel leuk om te zien hoe iedereen het vanuit zijn eigen hoek bekijkt. Ik zei dat ik het werk van hem niet echt mooi vond, een beetje Efteling-achtig. De zussen vonden het leuk, omdat zoiets in Engeland gewoon niet kan, maar hier in Spanje kan alles. De Australiër zei dat ze in Australië helemaal niets hebben. Hij gaat trouwens na de camino nog een maand reizen met een Europapas. Daarmee mag hij minstens tien dagen in alle treinen reizen.

Vandaag is er is niet veel gebeurd. Ik heb 32 km lekker gelopen. Ik ben vertrokken in de mist, bij Portomarin werd het mooi weer en zonnig, vanmiddag betrok de lucht weer en nu is het 11 graden. Arme ik zonder trui. Ik had natuurlijk kunnen stoppen in Portomarin, maar daar had ik niet zoveel zin in. Tussen Portomarin en Palas de Rei is niet veel, alleen boerendorpen en om daar nou een hele middag te moeten rondhangen is ook niet echt leuk. Dus ben ik doorgelopen naar Palas de Rei. Ik ontmoette vandaag trouwens ook Carlos de Spanjaard weer, die kwam me achteraan hollen. Dat was even gezellig, maar ik heb hem door laten lopen, want hij loopt veel harder.

Palas de Rei vond ik de vorige keer geen leuk dorp en nu nog niet. De albergue waar ik vorige keer heb geslapen, kon ik niet meer vinden. Ik kon me vandaag trouwens ook heel weinig van de route herinneren, maar volgens mij regende het de vorige keer keihard. Ik slaap nu in een ‘hotel’. De naam doet meer vermoeden dan het is. Ik heb een kamertje waar een enorme kledingkast in staat en een bed. Dat is het, er is zelfs geen nachtkastje. Wassen en douchen moet op de gang. Dat is niet zo erg. In die kledingkast zit een gat en daarin zit een raampje dat uitziet op een andere kamer. Aan de andere kant heb ik twee raampjes die uitzien op een soort keuken. Veel uitzicht heb ik dus niet, maar dat geeft niet, ik slaap toch.
Ik heb gevraagd naar een goed restaurant en ze hebben mij een café gewezen, maar volgens mij is het daar geen haute cuisine. Het kan natuurlijk meevallen, maar zo langzamerhand begin ik ze te kennen en hier heb ik niet veel hoop op.

Het was vandaag op sommige stukken echt massaal druk. De vorige dagen was het echt veel en veel rustiger. Ik ben er nu achter hoe dat komt. Er rijden hier touringcars met zo’n vijftig mensen erin en die worden met zijn allen ergens langs de route, waar het makkelijk lopen is, gedumpt. Dan mogen ze ook een stukje camino lopen. Ze hebben natuurlijk geen bagage bij zich, alleen soms een piepklein rugzakje en, lach niet, de dames hebben natuurlijk hun handtas bij zich. Het is geen gezicht. Er liep een echtpaar zo langzaam, dat de reisleider een eindje verder op hen stond te wachten, aangezien de rest van de groep al verder was. Ik zeg tegen iedereen: “Buen camino”, natuurlijk ook tegen deze pseudo-pelgrims. En sommigen kijken dan toch echt wel wat genant.

Het leukste is echter tussen de middag. Dan zitten in het restaurant de pelgrims een boccadillo te eten met een pilsje erbij. We zijn allemaal een beetje slonzig, niet direct in het beste pak natuurlijk. Verderop in het restaurant is dan een enorme, keurig wit-gedekte tafel met borden, bestek en fraaie wijnglazen en daar strijkt dan de groep pseudo-pelgrims neer. Als ze beginnen te eten, heffen ze het glas en brengen een toost uit op de camino. Geweldig om het verschil te zien.

Ik ben nu nog ongeveer 70 km van Santiagio vandaan, dus een dag of drie lopen. Dit keer zal ik waarschijnlijk niet tijdens het weekend in Santiago zijn en zal het wierookvat niet voor mij zwaaien.
Dat heb ik al vaak gezien, dus zo erg is het niet.

3 gedachten over “Pseudo-pelgrims”

  1. Leuk om jouw verhalen weer te lezen. Een paar jaar geleden ben ik bij je thuis geweest, dit jaar vertrek ik zelf. Spijtig genoeg vanwege tijdsgebrek in etappes. Eerste etappe Nederland Parijs, de komende jaren Tours Bayonne en de Camino del Norte. Mocht je niet voldoende ‘afgekickt’ zijn, dan nodig ik je uit om op 6 juli een stukje mee te lopen naar Parijs. Het ga je goed.

  2. Ik heb het idee dat het deze keer allemaal veel sneller gaat dan andere keren, klopt dat?
    Geniet nog maar even, dan doen wij het ook.

  3. Wat een leuk verhaal van die neppelgrims etende aan keurig gedekte tafels en de echte pelgrims er zo eenvoudig naast. En dan die handtasjes! De hoge hakken ontbreken nog. Overigens zou ik zelfs geen neppelgrim kunnen zijn, vrees ik. Het tasje zou nog gaan, maar die kilometers lopen niet. Dus heb ik wel een beetje bewondering voor ze. De echte bewondering is natuurlijk voor jou. De afstanden die jij per dag aflegt zijn voor mij niet te bevatten. Geniet van de laatste kilometers. Buen Camino, Theo.

Reacties zijn gesloten.